De Horeca blijft voor jongeren toch een aantrekkelijke sector voor een bijbaan. Dat laat bemiddelingsplatform NOWJOBS weten uit een enquête.
Nog steeds is de horecasector aantrekkelijk voor jongeren die iets willen bijverdienen, al willen ze dat overwegend niet zonder training of cursus. Dat blijkt uit een enquête onder jongeren van bemiddelingsplatform NOWJOBS.
Bijna 70 procent van de respondenten uit de enquête geeft aan in de horeca te willen werken als de samenleving weer volledig opengaat. Een deel daarvan heeft voorheen ook in de horeca gewerkt en keert graag weer terug naar de sector. Bijna de helft van de jongeren wil in loondienst werken en 37 procent als flexkracht. Enkel een klein deel (17 procent) geeft aan het niet erg te vinden als zelfstandig ondernemer in de horeca te gaan werken.
NOWJOBS heeft de vragenlijst verstuurd naar jongeren in hun eigen bestand van flexwerkers, maar ook naar externe werkers die eventueel in de horecabranche zouden willen werken. Dat deed het platform in het kader van een horecacampagne, waarmee het potentiële ‘horecatoppers’ wil aantrekken.
Opfriscursus
Zowel jongeren mét als jongeren zonder horeca-ervaring zien de horeca als aantrekkelijke sector om een centje in bij te verdienen. Al ziet het meerendeel van de respondenten zonder ervaring dat niet zitten zonder een horecatraining. Ook diegenen met ervaring zeggen behoefte te hebben aan een ‘opfriscursus’.
NOWJOBS-manager Reinier Vastenburg noemt de uitkomsten van de enquête goed nieuws voor Nederlandse horecaondernemers, die over het algemeen veel zorgen hebben over de vraag naar horecapersoneel. “Zeker nu er met de gedeeltelijke opening van de terrassen weer vaker flexibel personeel nodig is”, zegt hij tegen zakelijk tijdschrift De Ondernemer.
“Onze inschatting is dat er nog steeds grote interesse is onder bijverdieners om te werken in de horeca, zolang de contractuele condities maar goed zijn en er vanuit de ondernemer ook wat begeleiding wordt geboden. Wat ons betreft liggen daar dus de kansen om straks weer een goed team van oproepers te kunnen opbouwen”, aldus Vastenburg.
