Kookboeken moeten 1 miljoen ophalen voor Nederlandse horeca

Aan elk kookboek doen 35 lokale restaurants en 5 cafés mee. De horecazaken geven allemaal een of twee van hun typerende recepten vrij. Ook leveren de restaurants zelf hun eigen beeldmateriaal voor de uitgave. “Zo is het echt een visitekaartje van het restaurant en van de stad”, zegt mede-initiatiefnemer Max Caminita tegen het ANP.

Veertig aanmeldingen

“Eind november bedacht ik een kookboek te maken. We waren dicht en dat ging nog wel even duren”, zegt de Haarlemse Caminita, eigenaar van restaurant Morris aan het Spaarne. “Ik gooide het idee in een groepsapp van alle horecaondernemers uit de stad en binnen een uur had ik al meer dan veertig aanmeldingen. Toen is alles heel snel gegaan.”

Binnen een maand was daar het eerste Haarlemse kookboek al, ‘De Haerlemsche Gastronomie Thuis’. Ook de verkoop verliep als een speer. “De pre-orders gingen hard. We waren op dag 1 al uit de kosten”, vertelt Caminita. Met het eerste boek hebben de ondernemers bijna een ton opgehaald voor de Haarlemse horeca. “Toen hebben we ons doel opgeschaald: we willen nu 1 miljoen ophalen voor de horeca in heel Nederland.”

Lonely Planet

Na het succes van het eerste kookboek uit Haarlem, ligt nu ook de Leidse editie al bijna bij de drukker. Ook horeca kookboeken uit Utrecht, Groningen, Amsterdam en Den Haag staan in de startblokken en meer steden volgen nog. “We willen de Lonely Planet worden voor horecazaken”, zegt Caminita.

Als ongeveer alle kookboeken van een stad zijn verkocht, willen de Haarlemse initiatiefnemers de restaurants het merendeel van de winst uitbetalen. Samenwerken is in deze tijd belangrijk, volgens Caminita. “De crisis is nog lang niet voorbij, zeker voor de horeca niet.”

Simpele horecaondernemers

Van De Haerlemsche Gastronomie Thuis zijn meer dan 8000 boeken verkocht. De andere steden krijgen een iets lagere oplage van 6000 kookboeken. Zo houden de initiatiefnemers het haalbaar. “We zijn gewoon simpele horecaondernemers en nu ineens uitgevers. De logistiek van deze hele operatie is gigantisch druk. We willen, zolang we nog dicht zijn, zo veel mogelijk in gang zetten.”